Veel begrafenissen, het doet je wat
Het is de tijd van het jaar. Een griepgolf overspoelde Nederland aan het eind van 2017, maar ook in het nieuwe jaar bleef de griep om zich heen grijpen. Geen doorloopgriep, maar doorgaande griep. Velen werden getroffen door het virus en zelfs het functioneren van scholen en ziekenhuizen is ontregeld.
Veel begrafenissen. Juist voor chronisch zieken en ouderen is de griep een laatste vijand. De weerstand van vele senioren is op en dat maakt hen kwetsbaar. Uitvaartleiders maken volle weken en komen niet aan de gebruikelijke administratie van een uitvaart toe. Hun aandacht wordt alweer door een andere familie gevraagd. Persoonlijke aandacht blijft belangrijk, juist rond het sterven van geliefden.
Momenteel ben ik meer dan gemiddeld bij betrokken bij het levenseinde van oudere gemeenteleden. Betrokken, dat is meer dan druk. Het doet me wat. Veel zelfs. Dat betreft niet het aantal, maar juist omgang met mensen in de laatste levensfase, hun overlijden en met hen die er omheen staan. Zinvolle en zingevende betrokkenheid. Verdiepend, leerzaam, jaloersmakend. Deze generatie draagt een schat van ervaringen met zich mee. Hoogtepunten en dieptepunten, lief en leed, voor- en tegenspoed tekenden en tekenen hun leven. Ouderen die hun kinderen overleven, gaan door een diepe crisis. Verwarde ouderen zijn steeds moeilijker te volgen, maar hebben wel hun vele herinneringen waar zij bij leven en soms in blijven steken. Als je met hen meevoelt, meedenkt, meespreekt en soms zelfs meezingt, geven zij niet zelden een blije glimlach en meer dan dat. Je deelt even in hun persoonlijk geheim. Betrokkenheid maakt iets los. Elk mensenleven heeft en is een uniek geheim voor henzelf, voor God de Schepper en voor ons.
Betrokken zijn en betrokken blijven tot bij het graf en soms ook tot in het crematorium. De keuze voor deze vorm van uitvaart is meestal al eerder gemaakt en als pastor wil je dienend blijven volgen. Wat ik er van vindt? Mensen vragen het mij wel en ik antwoord hun, dat het niet mijn keuze is. Bijbels gezien kan ik geen doorslaggevende argumenten vinden. Iets anders is, dat ik hen (na overleg met de kerkenraad) niet in de steek laat, de overledene niet en de familie niet. Als ik het contact verbreek, neemt iemand anders dit dan over? Ik blijf in verbinding en probeer het Evangelie van Christus Jezus, dat juist gekenmerkt wordt door lijden, dood, graf en opstanding uit te dragen. Waarom begraaft de kerk al eeuwenlang haar doden? Begraven is ‘aan de schoot der aarde toevertrouwd worden’. Dat klinkt archaïsch, ouderwets, maar ook mooi. De aarde als een schoot. Dat geeft iets weer van rotsvaste geborgenheid. Het lichaam is in goede handen tot aan de wederopstanding der doden. Sterven en gezaaid worden in de aarde heeft wat, heeft veel, heeft een belofte in zich. Ik vond een prachtig citaat van Prof. Dr. A.A. van Ruler hierover (en dan is hij al een stapje verder dan het begraven): “Opstanding is meer dat een terugkeer uit de dood. We zijn niet puur een nieuwe schepping. Er is, grondeloos voor ons verborgen, samenhang tussen het zaad dat gezaaid wordt en de plant die groeit. Wij zijn het werkelijk zelf, die door God in de dood bewaard worden om op te staan ten eeuwige leven.”
Veel begrafenissen. De vragen daar net voor zijn legio en dan denk ik aan de periode van ziekte, lijden, minder worden, verwardheid, enz. Veel is er te doen (de actuele discussie) met betrekking tot de laatste levensfase en de zin van lijden, de kwaliteit van leven en onze verantwoordelijkheid daarin. Dat is niet eenvoudig. Het leger des heils werd gevraagd naar een visie op euthanasie en voltooid leven. Bij de bezinning rondom het levenseinde vind ik hun visie heel warm en helder. Ik lees (in de brochure ‘Nu ik oud word’, uitgave van de Raad voor Kerken) ‘Het Leger meent, dat het recht op euthanasie niet verdedigbaar is vanuit de grondrechten, dat ons leven, lijden en sterven geborgen is in Christus, de opgestane Heer; en dat het sterven staat in de hoop die ons eeuwig bestaan verankert in de dood en opstanding van onze Heer Jezus Christus’.
Waar haalt de kiem van het zaad de kracht vandaan, de vitaliteit van leven? Uit het stervende zaad. Sterven geeft verdriet. Soms intens. Het kan een schok zijn. Begrafenissen woon je niet voor je plezier bij. Intens meeleven is een opdracht, een gave. Maar het sterven en de dood geven ook nieuwe energie. Een broos leven geborgen in Christus, dat belooft wat. In het geloof heeft een stervensproces perspectief. De stervende sterft naar het leven toe. Met Hem sterven en met Hem opstaan. Jezus leeft, ik met Hem. Stervenskunst. Zalig de doden, die in de Heere sterven. Moed, energie, waar halen we die vandaan? Jezus, uw verzoenend sterven is het rustpunt van mijn hart.
maart 2018
Ds. F. van Roest